Reeds verwijderde dammen
Dammen verwijderen? Het kan echt en het gebeurt al. Check de kaart en de case-studies.
De Yecla de Yeltes-dam, Spanje
De Yecla de Yeltes-dam ligt in de rivier de Huebra in het westen van Spanje, in de provincie Salamanca (regio Castilla y León), aan de grens met Portugal. Deze barrière bevindt zich binnen een speciale beschermde zone (SPA) voor vogels en een gebied voor gemeentelijk belang (SCI), beide locaties van het Natura 2000-netwerk.
Deze 22 meter hoge dam werd in 1958 gebouwd om het dorp Vigudino van drinkwater te voorzien. De dam werkt alleen niet meer en heeft een sterke negatieve invloed op een groot natuurgebied met weilanden, eiken en een kleine bevolkingsgroep. De waterrechten waren onlangs verlopen en de stroomgebiedautoriteit van de Duero (Confederación Hidrográfica del Duero, CHD) heeft besloten de dam te verwijderen.
CHD is verantwoordelijk voor het waterbeheer van het Spaanse Duero-stroomgebied en voor het onderhoud van de infrastructuren die zij in hun stroomgebied bezitten. Ze maken het gebruik van water mogelijk door landbouw, drinkwaterproductie, recreatie en natuur. Maar wanneer kunstmatige barrières niet meer in gebruik zijn, overwegen ze deze ook weg te halen om onderhoudskosten te vermijden en de ecologische staat van hun rivieren te verbeteren.
In april 2018 begon CHD met de sloop van de Yecla de Yeltes-dam, waardoor 27 km aan rivier weer opnieuw met elkaar verbonden werd. Verschillende soorten hebben baat bij het verwijderen van deze verouderde dam, zoals de otter, de Europese vijverschildpad, de forel en de bedreigde endemische soort Sarda (Achondrostoma salmantinum).
Het verwijderen van deze dam zal twee gevolgen hebben, vooral in het onderste deel van rivier de Huebra:
- Er wordt een obstakel weggehaald voor alle vissoorten, met name de kleine karperachtigen (endemisch en bedreigd volgens de soortenlijst van de Richtlijn Leefomgevingen (Habitat Directive)), die weer een aanzienlijk stuk op en neer kunnen zwemmen in de rivier
- Het zal de leefomstandigheden in de rivier verbeteren, waardoor de parameters over het algemeen verbeteren die gebruikt worden om de status van natuurbehoud te bepalen (ecologische toestand, zoals gedefinieerd door de Kaderrichtlijn Water), omdat het zal bijdragen aan het opnieuw tot leven komen van de natuur in dit deel van de rivier.
Ga naar de website van het project voor meer informatie hierover: LIFE + CIPRIBER-project: https://cipriber.eu/en/index.html#area
————-
De Inturia-dam, Spanje
De Inturia-dam bevindt zich in de Leitzaran-rivier (stroomgebied van de rivier de Oria), in de gemeente Elduain van de provincie Gipuzkoa (Baskenland, Spanje). Leitzaran is de grootste zijrivier van de Oria, met een lengte van 44 km. Hij hoort bij Natura 2000 en is gecatalogiseerd als een beschermde biotoop.
Deze dam werd in 1913 gebouwd met als enige doel om vooral in de zomer de stroming van de rivier te reguleren. De dam maakte ook deel uit van de stroomafwaarts gelegen waterkrachtcentrale van Bertxin. De Inturia-dam was 12 meter hoog en volledig gevuld met sedimenten. Hij had een negatief effect op faunamigratie, vrije sedimentbeweging en goede paaigebieden, omdat de verbinding van de rivier over de lengte versperd was.
Vanwege de grote sedimentophoping achter de dam (236.000m³) verliep de sloop in 4 verschillende fasen. De eerste en tweede fase werden uitgevoerd in 2013 en 1014, dankzij het grensoverschrijdende project GURATRANS (EFA221/11), een samenwerking tussen Spanje en Frankrijk-Andorra, mede gefinancierd door FEDER, en met medewerking van de entiteiten Navarra, de Atlantische Pyreneeën en Baskenland.
De derde en vierde fase werden uitgevoerd in 2015 en 2016 en maakten deel uit van het IREKIBAI LIFE-project, waarvoor de regionale overheid van Gipuzkoa, de regionale overheid van Navarra, het Baskische waterbedrijf URA, GAN (milieubeheer van Navarra) en HAZI samenwerkten. De sloopwerkzaamheden werden uitgevoerd door het Baskische waterbedrijf URA.
————-
De Robledo de Chavela-dam
De Robledo de Chavela-dam, ten westen van de provincie Madrid, werd gebouwd in de Cofio-rivier om water te leveren aan de gemeente Robledo de Chavela. Hij ging in 1968 in werking, maar in 1990 stopte hij met het leveren van water vanwege de slechte waterkwaliteit. Het probleem was dat er vee in de rivier werd gedumpt.
In februari 2004 liet de stroomgebiedautoriteit van de Taag aan de eigenaar van de dam, het stadhuis van Robledo de Chavela, weten dat de vergunning voor watergebruik was ingetrokken, omdat de dam verlaten was.
In juni 2012 werd de stroomgebiedautoriteit van de Taag op de hoogte gebracht van een waterlekkage in het afvoerkanaal onderaan de dam, en het was niet mogelijk deze te repareren vanwege de onherstelbare staat van het poortmechanisme.
Daarom zette de stroomgebiedautoriteit van de Taag met de noodzakelijke stappen om zo snel mogelijk van start te gaan met de afbraak van de Robledo de Chavela-dam, om een hoge vissterfte en mogelijk ook een sedimentprobleem stroomafwaarts te voorkomen, wat de watervoorziening voor de stad Madrid zou kunnen beïnvloeden.
Voordat het reservoir werd geleegd, werden er zoveel mogelijk vissen gered met elektrisch vissen. Ook werden de verzamelde sedimenten in het reservoir getest om te controleren of ze verontreinigd waren met zware metalen. Uit de analyse bleek dat de sedimenten konden worden hergebruikt om andere gebieden te herstellen, omdat er geen besmettingsgevaar was.
—————
De Retuerta-dam
De Retuerta-dam was 14 meter hoog en 55 meter breed. Hij werd in de jaren 70 gebouwd om water te leveren aan een geplande stedelijke ontwikkeling, die nooit gerealiseerd is. In september 2012 werd de damafvoer gesaboteerd, wat zowel in het reservoir als stroomafwaarts ernstige vissterfte veroorzaakte. De stroomgebiedautoriteit van de Duero besloot om die reden en omdat de vergunning verlopen was om de dam in 2013 te slopen (zie video hieronder).
Na de sloop van de dam werd in juni 2013, toen de voorjaarsoverstromingen voorbij waren, de evolutie van de ecologische toestand van de rivier gevolgd met een programma (González Fernández, G. et al, niet gepubliceerd). Macroinvertebraten waren goede indicatoren van de evolutieprocessen van het ecosysteem, en ze lieten een snelle verandering in de samenstelling en structuur van het rivierleven zien richting de oorspronkelijke omstandigheden.
—————-
De La Gotera-dam
In september 2011 begon de stroomgebiedautoriteit van de Duero aan het project om de La Gotera-dam te verwijderen, een dam in de rivier de Bernesga (León, Spanje). Deze interventie is onderdeel van de Spaanse nationale strategie voor rivierherstel, die tot doel heeft om de doorstroming te herstellen van deze emblematische rivier, die door het biosfeerreservaat Alto Bernesga van het ‘Mens en biosfeer-programma’ (MAB) stroomt.
De documentaire behandelt eerdere operaties in dit gebied, de daaropvolgende verwijderingswerkzaamheden en de evolutie van de rivier in de maanden erna, toen de rivier sedimenten mobiliseerde die daar in 90 jaar tijd verzameld waren.
—————-
Maisons-Rouges-dam, Frankrijk
De Maisons-Rouges-dam, gebouwd in 1922 als een waterkracht concessie, ongeveer 800 m stroomafwaarts van waar de Vienne-rivier en de Creuse-rivier samenvloeien, houdt een niveauverschil van ongeveer 4 m in stand (stroomafwaarts van een stroomgebied van ongeveer 20.000 km²). De dam werd aanvankelijk gebouwd om aan een papierfabriek te leveren maar in 1950 werd EDF de eigenaar van de dam. Aangezien deze dam het dichtstbijzijnde obstakel op weg naar de zee is, hier vloeien belangrijke rivieren samen, zorgde zijn specifieke ligging voor een aanzienlijke impact op vele soorten trekvissen. Vooral de zalm, die al leed onder de beperkte toegang tot een deel van de paaigebieden, was verdwenen. De elften hebben bescherming gevonden in de overgebleven paaigebieden, stroomafwaarts van de dam, waar er problemen zijn met kruising tussen twee soorten elften (of alosa): tussen de elft (alosa alosa) en de fint (alosa fallax).
De verschillende vistrappen hadden erg weinig effect en de verschillende plannen om de zalm in de Gartempe-rivier (een van de zijrivieren van de Vienne-rivier) te herintroduceren, gaven weinig resultaat.
Volgens het “Loire Grandeur Nature” (natuurlijke Loire-rivier plan) dat op 4 januari 1994 werd aangenomen, besloot de regering dat de vergunning van de dam niet zou worden vernieuwd na de vervaldatum op 3 december 1994 en dat de staat, die de eigenaar van de locatie zou worden, na de beëindiging van de vergunning de verwijdering van het werk op zich zou moeten nemen omdat het economische belang niet voldoende opweegt tegen de impact die de verwijdering van de dam teweeg zal brengen.
Aannemingswerken
De verantwoordelijke aanbesteder was de staat (ministerie van Infrastructuur en Waterstaat). De sloop werd geleid door afdeling transport, planologie en het constructie directoraat in Indre-et-loire en het werk zelf was de verantwoordelijkheid van EDF.
De kosten van de werkzaamheden bedroegen ongeveer 2,2 miljoen Euro (1998 = 14 miljoen Franse frank) en werden voornamelijk gefinancierd door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat met medewerking van het Loire-Bretagne waterbeheer.
Specifieke problemen
Het voornaamste probleem ontstond door lokale oppositie omdat verschillende landelijke dorpen belangrijke lokale fiscale verliezen zouden lijden na de verwijdering van de dam. Daarom werd er een aanvullend plan voor economische hulp opgezet dat evenveel financieel belang had als de kosten van de verwijdering van de dam. De staat, het waterbeheer, EDF en de regionale/provinciale autoriteiten kenden belangrijke financiële hulp toe om lokale ontwikkelingen te steunen.
De verwijdering van de dam werd in de zomer van 1998 uitgevoerd, nadat de technische moeilijkheden waren opgelost door de aanbesteder. Nadat de helft van de locatie was afgesloten door kistdammen die in staat waren om de benodigde wateropslag voor de irrigatie van bouwland te behouden, bestond de verwijdering voornamelijk uit het snijden van drie damwanden met een autogene lasvlam en het neerhalen van de dijk tussen deze twee damwanden met een graafmachine. Om erosie te voorkomen werd er een drempel op de bodem van het rivierbedding gemaakt. Deze erosie was te verwachten door de enorme zandwinning in de rivierbeddingen van de Vienne-rivier en de Loire-rivier. Dit hielp ook de migratie van sedimenten die stroomopwaarts in het reservoir gevonden waren, te vertragen.
De sedimenten bestonden uit zand en zorgden niet voor kwaliteitsproblemen. Veel van de landbouw pompen die het reservoir water gebruikten, werden hersteld door de staat (deze kosten waren inbegrepen bij het totale bedrag). Maar een camping in de buurt van het samenvloeiingspunt, ongeveer 800 m stroomopwaarts van de dam, had wel last van een grondverschuiving en een van de huizen heeft een paar scheuren. Dit kwam waarschijnlijk omdat het niveau van de wateropslag met 4 m werd verlaagd waardoor de stroom van het grondwater veranderde.
De elften hadden al heel snel baat bij de verwijdering van de dam: er werden 433 elften gevangen in de Vienne-rivier in Châtellerault, ongeveer 20 km stroomopwaarts van Maisons-Rouges (i.e. 91 in de vistrap en 342 tijdens een vis verwijdering); 156 vissen werden stroomopwaarts van de dam vrijgelaten en 15 in de Creuse-rivier stroomafwaarts van Descartes, ongeveer 12 km stroomopwaarts van Maisons-Rouges.
Er werden actieve paaigebieden waargenomen in de Vienne-rivier in Châtellerault en in de Creuse-rivier l’Ilette. Er werden lampreien waargenomen in de Vienne-rivier stroomafwaarts van de Châtellerault-dam en een nieuwe populatie lampreien herkoloniseerde de Creuse-rivier tot aan Saint-Gaultier, de Gartempe-rivier tot aan Saulgé en de Anglin tot aan Cancrenier. De aanwezigheid van een levende zalm, van 88 cm lang en met een gewicht van 4,8 kg, in juli 1999 in de Gartempe-rivier in Châteauponsac in het Haute-Vienne departement is een zeer bemoedigend teken.
Er was sinds de jaren 1920, toen de Maisons-Rouges-dam was gebouwd, geen levende zalm meer zo ver stroomopwaarts gezien. De symbolische terugkomst van de zalm, na die van de elften en lampreien die vorige winter werd waargenomen, bevestigt de positieve effecten die de verwijdering van de Maisons-Rouges-dam heeft op trekvissen.
De Chinon universiteit houdt toezicht op dit experiment. De eerste resultaten laten zien dat de rivierbedding op dynamische wijze terugkeert naar zijn originele staat.
—————-
Saint-Etienne du Vigan-dam, Frankrijk
De bouw van een dam in het dorp Saint-Etienne du Vigan werd in 1895 goedgekeurd om de stad Langogne (Lozère) te voorzien van elektriciteit. Met een hoogte van ongeveer 12 meter en zonder speciale vistrappen voor trekvissen heeft de dam de uitstekende paaigebieden van de zalm stroomopwaarts in de Allier gesteriliseerd. Tijdens de bouw werden er sterke, maar helaas zinloze, protesten geuit door de mensen op het platteland voor wie het vissen een belangrijke toevoeging aan het inkomen was.
De stad Langogne herbouwde de dam met beton, een aantal meter stroomafwaarts van de originele dam uit 1895 die deels was verwoest. In 1950 werd Electricité de France (EDF) de eigenaar van deze dam.
Onder de tenuitvoerbrenging van ‘Plan Loire Grandeur Nature’ (het natuurlijke Loire-rivier plan) dat op 3 januari 1994 werd aangenomen door de Franse regering, vernieuwde de prefect de vergunning niet toen deze op 16 oktober 1994 verliep. De Franse regering gaf EDF de opdracht om op eigen kosten de dam te verwijderen om de vrije stroming te herstellen, conform de wet uit 1919.
Aannemingswerken
De sloop werd geleid door de verantwoordelijke aanbesteder van EDF. De kosten van ongeveer 1 miljoen (1998 = 17 miljoen Franse frank) werden voornamelijk door EDF bekostigd, met enige hulp van het Loire-Bretagne waterbeheer.
Specifieke problemen
Het begin van de sloop werd uitgesteld tot er een kleine overstroming plaatsvond zodat het risico op vervuiling tijdens de verlaging van de wateropslag geminimaliseerd kon worden. Op 24 juni 1998 werd de sloop met explosieven uitgevoerd.
De sedimenten op de bodem van het reservoir hadden een zeer goede kwaliteit (zand en grind) en er was geen vervuiling zichtbaar. De locatie is snel teruggekeerd naar een bijna natuurlijke staat en er zijn in de winter van 1998-1999 vijf paaigebieden stroomopwaarts van de oude dam gevonden.